Regionaal Klimaatfonds REKS opgericht

Joop oude Lohuis (rechts) en Jeroen Kok (links), bestuurders van Regionaal Klimaatfonds REKS Hart van Brabant
De bestuurders van Regionaal Klimaatfonds REKS Hart van Brabant: Joop oude Lohuis (rechts) en Jeroen Kok (links), ©Juri Hiensch

Sinds eind januari 2024 kunnen gemeenten in regio Hart van Brabant een beroep doen op het Regionaal Klimaatfonds REKS. Het fonds is opgericht om bij te dragen aan het doel in 2050 een klimaatbestendige en waterrobuuste regio te zijn. Voor de cofinanciering van klimaatprojecten heeft Publiek Ontwikkelbedrijf REKS, de initiatiefnemer van het nieuwe fonds, vier miljoen euro gereserveerd.

“Met de oprichting van het Regionaal Klimaatfonds REKS geven we invulling aan één van de doelstellingen van ons bedrijf: het aanpassen van onze omgeving aan het veranderende klimaat. Onze andere taak is het ontwikkelen van duurzame energie,” licht Joop oude Lohuis, directeur van Publiek Ontwikkelbedrijf REKS, toe. “De gemeenten Dongen, Gilze en Rijen, Goirle, Heusden, Hilvarenbeek, Loon op Zand, Oisterwijk en Tilburg en het Energiefonds Brabant willen deze twee maatschappelijke opgaven samen oppakken en de lusten en de lasten beter verdelen. Daarvoor zijn wij in het leven geroepen. Er liggen veelbelovende klimaatprojecten op de plank die mede dankzij het fonds snel tot uitvoering kunnen komen.”

Van hittestress tot wateroverlast
“Het Regionaal Klimaatfonds REKS zal projecten steunen die hittestress, overstromingsgevaar, wateroverlast en/of verdroging tegengaan,” vervolgt Oude Lohuis. “Bij de selectie van geschikte projecten zoekt het fonds naar een goede balans tussen de verschillende doelstellingen. Doelmatigheid en effectiviteit zijn daarbij belangrijke criteria.”

Regionale Klimaatagenda
Om in aanmerking te komen voor een bijdrage uit het Regionaal Klimaatfonds REKS moeten gemeentelijke projecten voldoen aan een aantal voorwaarden. Zo moeten ze voortkomen uit de Regionale Klimaatagenda, waarvan in november 2023 een geactualiseerde versie is vastgesteld. Ook mag de bijdrage uit het fonds maximaal 35 procent van de totale projectkosten bedragen. “Het gaat echt om cofinanciering en dus om een aanvulling op middelen van bijvoorbeeld provincie en Rijk,” benadrukt Oude Lohuis. Op onze nieuwe website zullen we berichten over de voortgang van de projecten die mede dankzij het fonds tot stand komen.”